We zijn alweer vroeg uit de veren. Op naar Griekenland! De weg ligt er vlak en strak in en er is weinig verkeer.
Het is niet zo ver naar de grens. Het duurt even om Albanië uit te komen. De reuring rond het grensgebeuren verwondert, verbaast en amuseert ons. Een touringcar wordt leeggehaald: alle passagiers moeten uitstappen en hun bagage op lange tafels langs de weg uitstallen ter controle. Er steken mensen met boodschappentassen lopend de grens over en een bedelaar houdt, bellend met zijn mobiele telefoon, kantoor in een leegstaand douanehokje. Ook hier wordt weer een auto binnenstebuiten gekeerd. Wij mogen, na het tonen van de paspoorten en de groene kaart, zonder probleem door.
Nauwelijks een kilometer verder rijden we Griekenland binnen.
We slaan vlak voor Ioannia rechtsaf en nemen de oude weg naar Igoumenitsa. Een prachtige route.
Nu de nieuwe snelweg al een aantal jaren klaar is, rijdt er over de oude weg nog maar weinig verkeer. In Voutsaras stoppen we voor onze eerste frappé. Als we parkeren, raken we aan de praat met een Grieks-Nederlands gezin dat op bezoek is bij hun 80-jarige Griekse vader en opa. Ze komen uit Maastricht en brengen hun vakantie bij hem door. De zoon geeft ons een inkijkje in de economische en sociale stand van zaken in Griekenland. De crisis is nog lang niet voorbij. In ruil voor de laatste tranche die onlangs is vrijgegeven, moeten de pensioenen in januari nog verder worden verlaagd. Zijn vader heeft geluk: hij heeft in Maastricht zijn hele werkzame leven bij Sfinx gewerkt en heeft een Nederlands pensioen. Zijn Griekse leeftijdgenoten kennen die weelde niet. Afhankelijk van de vakbond waarbij ze waren aangesloten, lijden zij in meer of minder mate onder de armoede. Ook is de werkloosheid onder jongeren hoog: meer dan 55% heeft geen werk. Ook in Voutsaras zijn hoogopgeleide jonge mensen weer noodgedwongen naar het dorp teruggekeerd, wonen met hun gezin bij hun ouders in en verdienen de kost met houthakken en het hoeden van schapen- of geitenkuddes. Zo gaat er een hele generatie verloren.
Bij de apotheek/drogist naast de taverna winnen we advies in over de lelijke plekken die de muggen in Skorici bij de helft van ons hebben veroorzaakt. Het blijkt een allergische reactie te zijn. We kopen een verzachtend, herstellend smeerseltje en hopen dat het nu snel zal opknappen, want de plekken zijn erg pijnlijk en ook nog eens géén gezicht.
In Igoumenitsa steken we aan bij de Griekse Lidl. Altijd leuk om te zien hoe sommige producten heel herkenbaar zijn (Ha! Kaasbroodjes!) en andere dingen onbekend. We slaan voor de komende dagen in. Daarna dwarrelen we nog even langs een geldautomaat en komen via een vreemde bocht terecht op het haventerrein. De mevrouw achter het loket van Anek/Superfast is in al haar botte chagrijn wel lekker duidelijk: een overtocht naar Italië kunnen we eind augustus wel op onze buik schrijven vanwege absoluut geen plek meer. Dan niet. Gaan we terug zoals we zijn gekomen: over land, maar dan waarschijnlijk via Macedonië en Servië.
We ronden de kaap langs Igoumenitsa en komen terecht op camping Elena’s Beach vlakbij Plataria. Bijna vol, maar toch nog een plekje!